Hoog boven de hoofden van de mensen kijk ik uit over de stad Groningen. De stad die mij gemaakt heeft tot wat ik nu ben. Een symbool voor een stad die door vallen en opstaan zo sterk en indrukwekkend is geworden als hij nu is. Iedere dag weer sta ik er versteld van de levendigheid van deze stad en het doorzettingsvermogen dat keer op keer weer getoond wordt. Lees verder
Tag: idee
De slag om het lichaam
Er was eens, in een stad niet eens zo ver van de onze, een oorlogsstrijder. Een strijder die niet zou zwichten tot hij zijn doel had bereikt. Weer of geen weer, hij ging op jacht. Gewapend met zijn lichamelijke toebehoren wist hij wat hij wilde. Wraak op alles wat leefde. Liefde kende hij niet en zijn levenslijn was niet veelbelovend lang. Daarom leefde hij iedere dag, of het zijn laatste was. Lees verder
Sprookje van 31c
Achter ons huis is een hofje. Een schattig hofje, met van die koddige kleine huisjes, gedetailleerd versierde windveren en antieke lantaarntjes tegen de gevels. Het wordt allemaal ontzettend goed bijgehouden en intensief verzorgd. Wanneer de lente de winter aflost, verandert het hele hofje in een bloemenzee. Lees verder
Inspiratie en andere verwonderingsmomenten
Op de gekste momenten krijg ik inspiratie. Op het toilet, onder de douche, als ik op de fiets zit of in de auto rijd. Inspiratie zit in schutkleuren verscholen in de verhalen van mensen, ligt ondergedoken bij een boom die ruisend danst met de wind, loopt undercover mee met een man die zijn hond uitlaat, sluipt als een professioneel inbreker door mijn dromen en komt onverwachts bovendrijven in boeken, foto’s, films en op internet. Het is er gewoon ineens. Lees verder
Logica is ‘a bitch’
De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat het schrijven van verhalen nogal een hele uitdaging is! Een reis door je hoofd die in strakke goede banen moet worden geleid, maar waar de welbekende hersenkronkels voor veel bochtige omwegen naar onbekende bestemmingen zorgen. Een beetje zoals de tolweg van Frankrijk. Je weet nooit of je in de goede rij staat, maar je zult er toch echt doorheen moeten. Want aan de andere kant wacht weer een hele mooie nieuwe wereld, met nieuwe ontwikkelingen en onbekende landweggetjes die de moeite van het verkennen zeker waard zijn. En neem je onverhoopt toch een verkeerde afslag? Ook dan kun je weer een hele mooie nieuwe wereld tegenkomen. En is het niks? Ook geen man overboord: je reist gewoon weer terug op zoek naar de juiste afrit.
Je gaat een beetje van haar houden
Als door een onzichtbare hand gestuurd loopt Trudy langs het hek richting Olivia. Een gevoel van eenzaamheid kruipt omhoog, diep van binnenuit. Het schuurt langs haar gevoelscentrum, de plek ergens vlak onder haar middenrif. Waar groot verdriet kan ontstaan, of uitbundig geluk. De plek die tranen omhoog stuwt of een ingehouden lach kan bevrijden.
Stilte in de Zaal – Hoofdstuk 2
Mijn zus Desi werd door een vrachtwagen doodgereden toen ik tien was. We waren onderweg naar het winkelcentrum en liepen innig gearmd door de wijk. Haar witte stok, die ze Oculus noemde, tikte in het vaste ritme van links naar rechts. Ik had mijn ogen gesloten en samen met haar vertrouwde ik op de waakzaamheid en oplettendheid van Oculus. We kletsten over de nieuwe buurjongen Hugo. Ik moest ieder gelaatskenmerk van de nieuwe jongen aan Desi vertellen, zodat zij kon beslissen of hij knap genoeg was om de moeite van het glimlachen waard te zijn.
Goed gesprek op papier
De dialoog kan een behoorlijk lastig element zijn in het schrijven van je verhaal. Het moet overkomen als een natuurlijk gesprek, zonder dat het een onsamenhangend straattaaltje wordt. Door wat er gezegd wordt, moet de persoonlijkheid van de personages naar voren komen, maar menselijke tekortkomingen in het taalgebruik of onbegrijpelijke dialecten, zijn meestal (lees: vaak) uit den boze. Het moet een weerspiegeling zijn van de werkelijkheid. En de dialoog moet zeker wel wat toevoegen aan het verhaal.
Gevoelige Snaar
Ik sta met één been losjes op de stang voor de bar tegen het donkerbruine hout aangeleund. Tussen mijn wijsvinger en duim heb ik een briefje van tien geklemd waarmee ik heen en weer zwaai, mijn ogen borend in de rug van de barman die mij vakkundig lijkt te negeren. Ik heb er een hekel aan om op deze manier aan een biertje te komen, alsof ik in een omgekeerde wereld beland ben waarbij de barman de koning is en ik de dienstverlener.
Van idee tot notitieblokje
Opeens is het er: een idee. Soms ben je in je creatieve brein bewust op zoek naar goede ideeën, maar meer dan eens komt het plotseling binnenwaaien. Het idee voor mijn boek is in de zomer ontstaan, toen ik op een loeihete dag door het plantsoen fietste, op weg naar huis. Ik dacht terug aan de Divergent-trilogie en associeerde met mezelf over nieuwerwetse sprookjes die de moeite van het vertellen waard waren. En toen plopte het idee mijn hoofd binnen, plotseling, abrupt en zonder enig kader.